In 2024 besteedden de inwoners van het Vlaamse Gewest gemiddeld 12,6% van het huishoudbudget aan voedingswaren. Dat komt overeen met 2.608 euro aan voeding per jaar per inwoner. Bijna een kwart van de uitgaven aan voeding werd vorig jaar besteed aan aankopen van vlees. Gemiddeld werd per inwoner 616 euro per jaar aan vlees gespendeerd. De 2de grootste uitgavepost was brood en graanproducten, goed voor gemiddeld 512 euro per jaar. Dan volgden melk, kaas en eieren (352 euro) en groenten (345 euro). Aan fruit gaf men in 2024 gemiddeld 227 euro uit.
De jongste leeftijdsgroepen geven per persoon beduidend minder uit aan voeding dan de oudere leeftijdsgroepen. Alleenstaanden en koppels zonder kinderen geven per persoon meer uit aan voeding dan huishoudens met kinderen. Gepensioneerden geven veel meer uit dan werkenden, zelfstandigen en anders niet-actieven. Personen die eigenaar zijn van hun woning geven iets meer aan voeding uit dan personen die huren.
Huishoudens spendeerden in 2024 gemiddeld iets meer dan 5.696 euro per jaar aan voedingswaren. Daarbij is er sprake van een groot verschil tussen de inkomensgroepen. De 25% laagste inkomens spendeerden 3.603 euro aan voedingswaren, de 25% hoogste inkomens 8.028 euro. Het voedingsbudget van de huishoudens met de hoogste inkomens ligt daarmee 2,2 keer hoger dan dat van de huishoudens met de laagste inkomens.