Brood van een dag oud aan de helft van de prijs. Klanten vragen ernaar. Het aantal personen dat een beroep doet op de Voedselbanken stijgt. De OCMW's krijgen meer hulpvragen. Stijgende prijzen, niet alleen voor energie, maar ook in de warenhuizen. Klanten grijpen naar goedkopere producten. Merkproducten worden minder verkocht. In meer en meer gezinnen komt er niet alle dagen vlees meer op tafel. Mensen zoeken naar alternatieven en ontdekken dat een eitje met spinaziepuree ook smaakt! De koopkracht daalt. Meer en meer mensen raken in nood. De Overheid neemt (voorlopig?) geen doortastende maatregelen om de koopkracht te beschermen. Een ook nu nog belandt er nog steeds heel wat voedsel in de vuilnisbak. Daar is slechts één woord voor: schrijnend.