Neerpelt
"Natuurlijk is die Statiestraat, waar je nu al enkele weken woont, nog vol geheimen.
De naaste geburen ken je al en het deel van de straat waar je alle dagen van thuis naar kerk of school loopt, heb je al grondig verkend.
Daar bouwt de heer apotheker zijn nieuwe apotheek. Aloise 1930, mooie zware eerste steen in de gevel bij de ingang.
In het etalageraam van zijn nieuwe apotheek staan twee baarlijk grote, vlammen spuwende duivels hun blote borsten op te warmen met roze thermogeen watten. Daar stap je dan wel wat sneller in een boogje schuw voorbij.
Nu op verkenning richting station.
Naar het college toe loop je rechts voorbij de groentewinkel van Harrie Lankgut, en dan langs de bakker en de verver en de slager tot aan de drukker.
Ik mag maar zelden verder die kant uit. Tot er een van de klaskameraden hogerop komt wonen, dan mag ik ook voorbij de drukker op verkenning.
Rechts een grote witte villa in een heel grote tuin en links voorbij de speelplaats van het college staat in een park een statig hooghuis met boven in de gevel de mooi gedecoreerde huisnaam in sierlijke letters: Sweet Home… Wat wil dat zeggen? Sweet?... Zweet? Neen, zegt vader, daar woont de heer Slegten, en zijn dame komt uit Engeland. Dat betekent: het zoete huis!
Daar tegenover bouwt Michelleke, de miljonair: bij de grondwerken moet er erg diep gegraven worden in die zompige weide en de voerlui sakkeren en tieren als paard en kar half verzopen in de modder blijven steken.
Aan de linkerkant zie je de langgevelboerderij van veekoopman Delaet die dikwijls op Neerpelt-markt koe of varkens te verhandelen staat.
Er tegenover staat een hoog doktershuis en verder kom je aan de winkel van “Lowieke de goeie koop”. Eetwaar, snoep, stoffen, poetsgerief…alles kan je er kopen.
Tussen deze beide eigendommen is er een brede doorgang. Met een eikenhouten brug over de Dommel en een stille trage weg kan je hierlangs naar het Haspershoven stappen.
Daarlangs fiets je naar de slagmolen, of naar de smid of naar de melkboer, en soms kom je daar een man of vrouw tegen met een mekkerende geit of blatend schaap aan de lei… kwispelstaartend onderweg naar vader bok".
Lvpk.