Morgen/maandag is het exact honderd jaar geleden dat de verplichte legerdienst werd ingevoerd in België via een wet die koning Leopold II ondertekende op 14 december 1909, drie dagen voor zijn dood. Tot aan de afschaffing ervan, in maart 1995, kwamen miljoenen burgers verplicht onder de wapens. Dankzij die wet telde het Belgisch leger zowat 255.000 manschappen op 4 augustus 1914, bij de start van de Eerste Wereldoorlog. Op dat moment varieerde de duur van de legerdienst van 15 tot 24 maanden. Hij gold voor één zoon per gezin.
Voor 1909 was de legerdienst gebaseerd op lottrekking, een systeem dat bij de onafhankelijkheid in 1830 overgenomen was van de Fransen en de Nederlanders.