Fruit is lekker, gezond én onmisbaar in een evenwichtige voeding. Maar over fruit doen ook veel misverstanden de ronde. Wat klopt nu echt, en wat is een fabeltje? Wij zetten de bekendste op een rij!
“Bananen zijn dikmakers.” - Feit: Bananen bevatten natuurlijke suikers, maar zijn voedzaam en rijk aan vezels. Ze bevatten iets meer kcal dan andere fruitsoorten zoals appels en peren, maar het blijft een goed tussendoortje! Variatie is de boodschap.
"Diepvriesfruit is minder gezond dan vers fruit."
- Fabel: Diepvriesfruit wordt meestal meteen na de oogst ingevroren en behoudt daardoor zijn voedingsstoffen. Hierbij gaat het voornamelijk over vitamine C, maar deze gaat niet verloren bij invriezen. Het is vaak even voedzaam als vers fruit.
“Je mag zoveel fruit eten als je wil”
- Fabel: Fruit bevat natuurlijke suikers, maar ook vezels, vitamines en antioxidanten. Het suikergehalte is niet te vergelijken met dat van snoep of frisdrank omdat het op een andere manier opgenomen wordt door ons lichaam. Maar het zijn nog altijd suikers, die energie en calorieën aanleveren. Het is dus mogelijk om er ‘te veel’ van te eten. De aanbevolen hoeveelheid is twee porties per dag. Eén portie komt overeen met bijvoorbeeld 1 appel, 1 banaan, 2 kiwi’s of 2 mandarijnen.
"Vruchtensap is even gezond als fruit."
- Fabel: Vruchtensap bevat veel natuurlijke suikers, maar mist vezels. Hierdoor worden de suikers veel sneller opgenomen in ons bloed. Een sinaasappel eten is gezonder dan het sap ervan drinken.
"Citroen water verbrandt vet."
- Fabel: Citroen is gezond en verfrissend, maar heeft geen vetverbrandende werking. Het kan wel helpen om meer water te drinken, wat op zich gunstig is voor je stofwisseling.
"Je moet fruit altijd schillen voor je het eet."
- Fabel: In en net onder de schil zitten vaak juist veel vezels en antioxidanten. Goed wassen is meestal voldoende (tenzij het om niet-eetbare schillen gaat zoals van banaan of ananas).
Anouk Mertens