"Een deel van de opbrengst van de vastenactie van het Salvatorcollege in Hamont ging vorig jaar naar een project van
de vzw Bollé Bollé in Tanzania. Enkele weken geleden heb ik, als een van de kernleden van de vzw, met eigen ogen kunnen zien wat er met de opbrengst gerealiseerd werd. Het geld werd besteed aan
de bouw van een meisjesinternaat in Igunga. Bouwfase 2 van zowel klassen als internaat is intussen beëindigd en er zijn reeds 260 studentes die onderdak gekregen hebben in het internaat.
Via deze weg wil ik iedereen bedanken die op een af andere manier zijn steuntje heeft bijgedragen aan deze vastenactie.
Asante!
En hier volgt mijn reisverslag.
"‘Opstaan’, zegt ze: ‘Panenkoeken’. Ik zeg: ‘Gek, dat is toch geen ontbijt’. Met een liedje van Yevgueni in mijn achterhoofd bak ik de laatste
chapati. Uiteraard met de hulp van Maria en Sekunda, de nummer 1 en 2 van pater Bolle’s keukenploeg, als mijn persoonlijke SOS-Pieten - want koken op een houtvuurtje vraagt toch wel enige
vakkennis. ‘Ooh, pancakes for breakfast’, juicht father Max. Ook door pater Bolle, father Joseph en Antoon, collega kernlid en reisgenoot, worden de pannenkoeken warm onthaald. Het is de eerste ochtend van een verblijf van 4 weken bij mijn ondertussen Tanzaniaanse familie. En ik heb er zin in.
Het wordt een drukke maand, want er is veel gepland. Computers afhalen, lopende
projecten opvolgen, een pak administratie doen, de computerklassen afwerken, de
Landrover-crew warm onthalen bij aankomst, meubels maken en verven, de zusters bijstaan bij de plaatselijke Kind & Gezin, … Het is maar een kleine greep uit ons takenpakket. Maar Afrika zou Afrika niet zijn als alles van een leien dakje zou lopen. Na meer dan 4 maanden staan de verscheepte computers immers nog steeds onder het toezicht van onze vrienden de havendouaniers (ja, da’s Afrika, zegt onze Vlaamse reus). Wij kunnen alleen maar hopen dat de container zo snel mogelijk wordt vrijgegeven. Liefst mèt inhoud. Ook de leerkrachten worden al wat ongeduldig. ‘Ze komen toch, die computers?’.
De leerlingen hebben echter andere zorgen. De nationale examens komen er aan en er moet hard gestudeerd worden. Dankzij de elektriciteitswerken en verlichtingsarmaturen kunnen de leerlingen nu ook na zonsondergang nog studeren en worden de slaagkansen verhoogd. Wij hebben er goede hoop op. Ook voor de meisjes van het laatste leerjaar zijn het spannende tijden. Het ingangsexamen voor het middelbaar onderwijs staat immers voor de deur. Letterlijk van heinde en verre komen onze toekomstige dochters om aan de examens Engels en wiskunde te mogen deelnemen. Helaas blijkt uit de resultaten dat het onderwijsniveau in de lagere scholen verspreid over heel het Tanzaniaanse land nogal verschilt. Slechts 1/3de van de meisjes die aan het examen deelnamen was geslaagd. Onze school staat echter zeer hoog aangeschreven zodat de teller van het aantal geslaagden toch al op 240 stond. Opdat al deze meisjes ook effectief kunnen starten in januari wordt er volop gewerkt aan de bouw van de slaapzalen. De klassen zijn, op wat afwerkingdetailleringen na, al klaar om de leerlingen te ontvangen. Het is duidelijk dat de bouwploeg sinds mijn vorige bezoek in februari niet stil heeft gezeten. Naast de uitvoering van 6 nieuwe klassenblokken, de pc-klas en bibliotheek hebben ze de refter verdubbeld en een nieuwe vleugel aan de slaapzalen gebreid. Alsof dat nog niet hard genoeg gewerkt is, werden er
ook op de lagere school 3 klassen en een slaapzaal bijgebouwd en werd er op het terrein van de missiepost een kloostertje uit de grond gestampt. In de toekomst zullen enkele zusters immers de dagelijkse leiding van de school overnemen. Maar zonder woonst, uiteraard in de schaduw van de kerktoren, geen nonnen, liet moeder overste weten.
Hiermee zijn de bouwwerken echter nog lang niet voltooid. Na de uitslagen van de
ingangsexamens heeft pater Bolle in samenspraak met de leerkrachten immers beslist om vanaf volgend jaar een overgangsjaar in te lassen. Niet geslaagde leerlingen krijgen zo de kans om hun achterstand in te halen en na een inhaaljaar opnieuw mee te doen aan het examen. Voor de niet geslaagde leerlingen van dit jaar wordt een stoomcursus van 2 maanden gelanceerd. Enkele uren na de bekendmaking zijn er al 2 meisjes ingeschreven. Maar extra leerlingen vraagt natuurlijk ook extra klassen en slaapzalen, extra meubels,…. en extra financiële middelen. Pater Bolle hoopt hiervoor op de voorzienigheid en wij hopen met hem mee.
Omdat de boog niet altijd gespannen kan staan laten we ons tijdens ons verblijf ook onderdompelen in het Tanzaniaanse leven. We leren van de Wataturu hoe je een koe moet kopen en van de Muzzelmannen hoe het arme dier te slachten (zo staat er voor alle leerlingen 2 keer per week vlees op het menu), we verkennen de lokale ziekenhuizen (helaas zowel als bezoekers als als patiënt), aanvaarden de uitnodiging voor het jaarlijkse parochiefeest, zetten samen met de kookploeg een productie op poten om mango’s te persen en dopen het - al zeg ik het zelf - overheerlijke sapje om tot Igunga-juice, we verwelkomen een mtatutu-jongetje dat door pater Bolle onder zijn vleugels wordt genomen en zo de kans krijgt om school te volgen, en we vieren pater Bolle's 77e verjaardag met fruitsla en Elixir D’Anvers en Max’ 80e verjaardag met verse vis en ice-cream (
it feels like
Christmas, dixit het feestvarken).
Dé hoogdag van ons verblijf komt in de laatste week. ‘Tupo Singida’, meldt mijn gsm. En inderdaad, anderhalf uur later verschijnt er aan de overkant van het
voetbalveld een groene Landrover. Met het unieke bagagerek, de Belgische driekleur en de twee stralende gezichten achter de voorruit kan het niets anders dan ‘onze’ Landrover zijn. Na 15 000 kilometer over wegen en waterwegen, bijna wegen en vooral geen wegen, bereikt de crew na 62 dagen de eindbestemming. Welkom grote helden! Onder het ontvangstcomité is er echter één grote afwezige. Pater Bolle is tijdens de intrede immers volop bezig een koppel geliefden in de echt te verbinden, maar blijkt naar eigen zeggen toch even het noorden (of is het in Igunga het zuiderkruis?) kwijt te zijn wanneer de auto voor de open kerkdeur geparkeerd wordt. Auto èn gezelschap worden met vers Igunga-juice, een opgelucht hart en zeer veel open armen warm ontvangen. De wagen bewijst al vanaf dag 1 zijn diensten: als goederen- en personentransport, ambulance, … en mag dat hopelijk nog vele dagen zo blijven doen.
Met het einde van het ‘Bollen voor Bolle’-project eindigt helaas ook mijn verblijf. Kernlid Bram mag nog enkele maanden genieten van het leven in Igunga maar voor Antoon, Francis en mezelf zit het er jammer genoeg weer op. Leerkrachten vragen wanneer ik terug kom. Dit jaar is het laatste studiejaar gestart en in september studeren de eerste leerlingen aan onze lagere school af. Omdat ik er heel graag bij ben op dat grote feest, weet ik al wat het eerste zal zijn wat ik doe wanneer ik thuiskom: mijn spaarvarken aanspreken en een volgend reisje boeken. Igunga, tot snel!
Bieke Thys, kernlid Bollé Bollé
www.bollebolle.be
Ps: Enkele dagen na de thuiskomst krijg ik een sms-je met een blijde boodschap: de computers zijn aangekomen. Helaas hebben de douaniers voor hun ‘snelle
werkingskosten’ zichzelf een pakje uit onze container cadeau gedaan. En ik kan al raden wat pater Bolle daarop heeft gezegd: ‘Jaja, ook dat is Afrika’..."