Een archeologisch onderzoek voor de aanleg van een nieuwe verkaveling heeft in Mol verschillende sporen uit de ijzertijd - tussen voor 800 v. Chr. en het begin van de huidige jaartelling - blootgelegd. De vondsten op het terrein van 1,5 hectare in de Cardijnstraat omvatten naast overblijfselen van handgevormde keramieken potten ook een plattegrond van een geïsoleerde nederzetting, vermoedelijk een boerderij, van 20 meter lang en 6 meter breed. In de buurt van het gebouw werden opslagkuilen aangetroffen, vermoedelijk voor graanvoorraden.