Eerst trokken ze naar de gracht vooraan, waar weer andere soorten diertjes te vinden zijn. Die variatie maakte het extra boeiend: hoe meer en hoe diverser de vangst, hoe duidelijker het beeld dat de vrijwilligers zich kunnen vormen van de gezondheid van het water.
Eén van de jongste deelnemers was Kobe Cools (foto 1 onder), een vijfjarige jongen die dol is op de natuur. Hij kwam samen met zijn grootvader en papa, en zijn enthousiasme werkte aanstekelijk. Zonder aarzelen stapte hij met zijn laarzen de poel in, die al snel vol water liepen, maar dat deerde hem niet. “Geeft niet, het is toch warm vandaag!”, lachte hij, klaar om verder te zoeken naar waterdiertjes met zijn schepnet.
Ook Fedde (14) en Nelle (12) (foto 2 onder) namen voor het eerst deel aan zo’n activiteit. Ze waren er met hun oma en vonden het ontzettend leuk. Ze toonden veel interesse in alles wat er in het water rondkruipt en -zwemt. “We wisten niet dat er zóveel leeft in zo’n vijver,” zeiden ze verrast.
In de vijver ontdekten de deelnemers ook een kokerjuffer, een opvallend diertje dat een zelfgemaakt kokertje van blaadjes of takjes met zich meedraagt. De aanwezigheid van zo’n soort is een goed teken: het wijst op proper en gezond water.
Dergelijke inventarisaties geven niet alleen een beeld van de biodiversiteit, maar ook van hoe zuiver en evenwichtig het waterleven is. Want hoe meer verschillende – en vooral gevoelige – soorten worden aangetroffen, hoe beter het gesteld is met de waterkwaliteit.
Meer foto's.