Neerpelt
Vandaag stond er in
De Standaard een column over de vraag hoe het komt dat dieren hun eigen jongen niet herkennen als ze die na lange tijd terugzien. Daarbij ging het ook over
damherten, waarvan de ouders hun jongen al na een paar uur niet meer zouden herkennen. En er werd een bioloog geciteerd, ene Corsin Müller van de universiteit van Wenen, die zegt: 'Herkenning, door geur, stem of uiterlijk, is bij die dieren helemaal niet nodig. Damherten onthouden precies waar ze hun jong achterlaten als ze gaan foerageren. Ze weten daardoor ook haast wel zeker dat de jongen die ze bij terugkomst aantreffen, van hen zijn.'
En zo kon het gebeuren dat wandelaars gisteren
op de Grote Heide een piepklein damhertje tegen een boom aantroffen, zonder moeder. Gelukkig hebben ze het laten liggen en niet aangeraakt, want wat bleek: moeder lag hen een paar honderd meter verder in de gaten te houden...
(Foto Marcella Stappers)UPDATE "Wat die bioloog van Wenen ook moge beweren:
het klopt van geen kanten," zegt Pierre Rutten. "De geur bij wilde dieren is van levensbelang. Raak de jongen aan en ze worden in de steek gelaten. Alleen voor dieren in gevangenschap zijn er uitzonderingen. Wij als
vogelringers blijven ook af van open nesten met eieren of jongen, want anders worden die nadien gegarandeerd geroofd. Alles draait bij zoogdieren om geur."