Het experiment rond de bestrijding van de processierupsen met nematoden (minuscule aaltjes), dat in Bree en Maaseik werd uitgevoerd, kan zeker als geslaagd worden beschouwd. Dat heeft gedeputeerde van milieu Frank Smeets bekendgemaakt. Maar om de methode op punt te
stellen moeten er meer proeven worden uitgevoerd in verband met de
frequentie van spuiten, de dosis en de exacte periode van behandeling, zei de député.
Door het warme voorjaar waren de rupsen dit jaar gemiddeld drie weken sneller in hun ontwikkeling in vergelijking met de voorbije jaren. Ze ontwikkelden zich sneller dan de nematoden wat het effect van de bestrijding verminderde. Bij mooi droog weer met een lage luchtvochtigheid sterven de bacteriën en de nematoden immers sneller af. Dit verklaart waarom de bestrijding in Maaseik tot betere resultaten leidde dan deze in Bree: het gebied ‘Den Brand’ in Maaseik is veel vochtiger. In verhouding met vorig jaar was er dit jaar een duidelijke toename van het aantal eikenprocessierupsen, niet alleen in Limburg maar in heel Vlaanderen. In Noord-Limburg was er een sterkere aantasting dan voorheen, niet alleen in de regio Bree-Maaseik maar ook in de regio Overpelt-Lommel-Beringen. Hier hebben de rupsen veel nieuwe plaatsen gekoloniseerd.