Vandaag werden in Leopoldsburg de eerste vier Stolpersteine geplaatst. Deze zogenaamde struikelstenen – een Europees gedenkproject van de Duitse kunstenaar Gunter Demnig – herinneren aan slachtoffers van het nazisme. De messing kasseien worden gelegd in de stoep voor de woningen waar de slachtoffers destijds werden gearresteerd, zodat hun namen en verhalen zichtbaar blijven in het straatbeeld. In Leopoldsburg krijgen voorlopig vier verzetsmensen een eigen Stolperstein:
Victor Lemmens, geheim agent van de Britse SOE, gefusilleerd in Schaarbeek in 1942;
Hélène Hoge, amper 15 jaar oud toen ze zich in 1943 aansloot bij de partizanen;
Florent Dekeyser, rijkswachter en verzetsman die in 1944 stierf in concentratiekamp Gross-Rosen; Fernand Van Bael, Scout en verzetsagent die eveneens in 1944 in Gross-Rosen overleed.
Elk verhaal getuigt van uitzonderlijke moed en opoffering. Het verhaal van de Luikse tiener Hélène Hoge springt bijzonder in het oog. Als enig kind van een militair groeide zij op in Leopoldsburg. Al op vijftienjarige leeftijd werd ze koerierster in het verzet. Ze smokkelde koelbloedig wapens en berichten onder de ogen van de bezetter en kreeg de codenaam ‘De Rode Vos op Wit Kreta’. Maar in augustus 1944 werd ze opgepakt door de Gestapo. Ondanks zware folteringen weigerde het meisje haar kameraden te verraden. Hélène werd gedeporteerd naar concentratiekamp Ravensbrück en later naar Niederschöneweide, waar ze dwangarbeid verrichtte. Ze overleefde het kamp en werd, na een lange lijdensweg, verenigd met haar ouders in Leopoldsburg in augustus 1945. (foto's Sonja Bruggeman)