45 jaar passie voor de zwemsport

De huidige Peltse Zwem Club ontstond vier jaar geleden uit een fusie van twee lokale clubs. “Die samensmelting was eigenlijk een logische stap,” zegt voorzitter Mark Roosen. “Enerzijds werd het moeilijk om voldoende vrijwilligers te vinden, vooral voor de zwemschool. Anderzijds hadden beide clubs complementaire sterktes: in Overpelt zaten de meeste competitiezwemmers, in Neerpelt de grootste zwemschool. Door de krachten te bundelen, hebben we vandaag een veel sterkere werking.” 

Die werking bestaat uit drie pijlers: een zwemschool voor de allerkleinsten, een recreatief aanbod voor wie vooral plezier wil beleven in het water, en een competitiegroep voor zwemmers met ambitie. 

Kinderen kunnen al vanaf hun vierde bij PZC terecht. “De meeste ouders komen met één doel: hun kinderen veilig leren zwemmen,” zegt Mark. “Scholen bieden nog wel zwemlessen aan, maar de lessen zijn vaak beperkt in tijd en richten zich voornamelijk op basisvaardigheden zoals overlevingszwemmen. Ouders willen graag dat hun kinderen zich écht kunnen redden in het water.” 

Bij PZC wordt meteen gewerkt aan een degelijke techniek. “Wij leren geen schoolslag met het hoofd boven water,” legt Fabienne uit. “We starten met onderwatergewenning en de juiste slagen. Het traject duurt gemiddeld twee jaar, met twee lessen per week. Dat is intensiever dan bij commerciële zwemscholen, maar pedagogisch veel effectiever.” 

Niet iedereen kiest na de zwemschool voor competitie, maar wie dat wel doet, moet zich voorbereiden op een stevige inzet. “Competitiezwemmen vraagt veel tijd en discipline,” zegt Mark. “Vier tot vijf trainingen per week, vaak soms ook vroeg in de ochtend. Onze gezamenlijke training op zaterdag start om 7 uur – dat schrikt sommigen af, maar het zorgt ervoor dat het weekend verder vrij blijft.” 

De club telt momenteel ongeveer 300 leden, waarvan zo’n 34 competitiezwemmers. “Meer kunnen we niet aan, want er is een groot tekort aan zwemwater,” klinkt het. “We hebben een wachtlijst van 140 kinderen en een wachttijd van ruim twee jaar. Dat is een probleem dat elke club kent.” 

Een constante factor in het succes van PZC is trainster Fabienne Tisson, die al 45 jaar actief is als lesgever. “Ik ben op zesjarige leeftijd begonnen met zwemmen en stond op mijn veertiende al zelf aan de rand van het bad,” vertelt ze. “Mijn vader was trainer, en zo ben ik er ingerold. Zwemmen is altijd een deel van mijn leven geweest.” 

Fabienne begon in de zwemschool, werd later verantwoordelijk voor de jongste competitiezwemmers en is vandaag nog steeds een vaste waarde binnen de club. “Het mooiste aan dit werk is de groepssfeer en de evolutie die je bij kinderen ziet. Ze komen hier soms bang het water in, en enkele maanden later zwemmen ze vol vertrouwen hun banen. Dat blijft elke keer bijzonder.” 

In de voorbije decennia zag Fabienne de zwemsport sterk veranderen. “De technieken en trainingsmethodes zijn veel wetenschappelijker geworden,” zegt ze. “Slagen, keerpunten, alles is geëvolueerd. Op topniveau proberen zwemmers voortdurend nieuwe dingen uit, en als dat succesvol is, volgt de hele wereld.” 

Ook de club blijft zich aanpassen. “Beloftevolle zwemmers krijgen extra trainingen via de Vlaamse en Belgische zwembond, en de nieuwste technieken sijpelen zo ook door tot bij ons.” 

Zonder vrijwilligers en geëngageerde ouders zou een club als PZC niet bestaan. “We zoeken voortdurend helpende handen,” zegt Mark. “Gelukkig stromen veel lesgevers door uit onze eigen rangen, maar we werken ook graag met studenten of mensen die wat meer tijd hebben. Er zijn interne opleidingen en cursussen, dus ervaring is geen vereiste.” 

Voor Fabienne draait het allemaal om passie. “Ik was zelf nooit een topzwemmer,” lacht ze. “Maar mijn liefde voor het water is nooit verdwenen. Zolang ik die kan doorgeven aan nieuwe generaties, blijf ik hier met plezier staan.” 

Na 45 jaar is Fabienne nog steeds elke week te vinden aan de rand van het zwembad. “Zwemmen zit hier bij iedereen in het bloed,” besluit Mark Roosen. “Of je nu kind, ouder, trainer of vrijwilliger bent – het draait allemaal om die gedeelde liefde voor het water.”