Zaterdagavond werd in de Sint-Niklaaskerk in Neerpelt het tienjarig bestaan van de beiaard feestelijk gevierd. Het werd
een warme avond vol terugblikken, verhalen en muziek, met als orgelpunt de officiële ingebruikname van
de nieuwe ‘kleine’ klok van ’t Herent.
De volgende dagen komen we uitgebreid terug op de toespraken van beiaardier Jan Verheyen, schepen Niels Valkenborgh en Alfons Thijs (namens het voormalig kerkbestuur van 't Herent).
Meer foto's /
Een filmpjeEven na 19 uur liet beiaardier Jan Verheyen de klok voor het eerst officieel klinken (foto boven), een bijzonder moment waar de vele aanwezigen zichtbaar van genoten.
In zijn toespraak nam Jan het publiek mee naar 2006, toen het eerste zaadje voor een eigen beiaard werd geplant. Dankzij een succesvolle fondsenwerving van meer dan 120.000 euro en de inzet van talloze vrijwilligers kreeg Neerpelt tien jaar geleden zijn torenklanken. De beiaard groeide uit tot “de stem van Pelt”, met concerten, cantussen, samenwerkingen en beiaardiers uit binnen- en buitenland. Met de komst van de mi-mol is de klokkenreeks nu helemaal compleet.
Schepen van Cultuur Niels Valkenborgh prees de beiaardvereniging voor tien jaar gedrevenheid. In een wereld die steeds sneller en digitaler wordt, blijft de beiaard volgens hem een verbindende kracht, gedragen door een brede muzikale traditie en een sterk vrijwilligersnetwerk. Hij bedankte alle sponsors, inwoners en medewerkers, en gaf een bijzondere pluim aan beiaardier Jan Verheyen.
Ook Alfons Thijs nam het woord, namens de voormalige kerkfabriek van 't Herent. Hij bracht een warm eerbetoon aan de kleine klok van ’t Herent, die ruim zestig jaar het ritme van het gehucht bepaalde. Met anekdotes over Neelke Grieten, juffrouw Cecilia Geers en het dagelijkse leven schetste hij hoe diep de klok verweven was met de gemeenschap. De ontmanteling van de Herentse kerk was voor velen pijnlijk, maar de klok krijgt in de Neerpeltse toren een nieuw hoofdstuk.
De avond werd omlijst door een prachtige fotoprojectie van Pool Verheyen, een muzikaal intermezzo op het koororgel door Bart Muilmius, en afgesloten door het bellenkoor en een gezellige receptie. Een sfeervolle viering voor een instrument dat in tien jaar tijd een stevige plek in het hart van Pelt veroverde.