Het is heet. De warmte lijkt wel onder mijn huid te zijn gekropen. Ik kan de slaap niet vatten. Net wanneer ik heel voorzichtig toch in lijk te dommelen, klinkt een irritante zoemtoon in crescendo bij mijn oor. “Njiiii.” Ik wapper met mijn hand en even is het stil. Plots voel ik hoe een minuscule prik aanzwelt tot een branderig bultje, net op de knokkel van mijn grote teen.
Niet krabben. Niet. Kra. Te laat. De bult zwelt en jeukt als een gek. Ik zin op wraak, knip het licht aan en ga, gewapend met een handdoek, als was ik Indiana Jones, op zoek naar de dader. “Waar zit je, smeerlap. Ik wil mijn bloed terug!” Daar op de muur zie ik haar, de trut. Volgezogen en verzadigd. Op een meter boven mijn bed. Ik mep en heb meteen spijt. Niet van de moord op mevrouw Mug, maar van de bloederige crime scene op mijn pas geverfde muur.
Ik begrijp heus wel het nut van elke schakel in de ‘Circle of Life’. Alles heeft zijn functie en zijn plaats. De rups is voer voor de meesjes, de meesjes voer voor de kat,… Ik ga niet ontkennen dat de mug in het hele ecosysteem een overbodige link is. Ze zijn vast ook wel ergens nuttig voor. Dat wij hun voedingsbron zijn, is dan weer jammer, maar het zij zo. Wat ik niet begrijp, is dat ze zich zo moeten aankondigen, met dat gezoem. Ik weet niet hoe dat in de evolutietheorie past. Het is toch ook niet handig om bijvoorbeeld, als jager eerst heel hard op een fluitje te blazen zodat de konijnen je van ver horen komen? Of als bankovervaller met een box met gabberhouse voor de deur te staan drentelen. Als je iets wil stelen, een druppeltje bloed of zo, dan doe je dat in stilte, toch? En moet je daar dan ook meteen een vervelend visitekaartje bij achterlaten in de vorm van een opengekrabde dikke teen? Waarom toch, mevrouw Mug? Waarom?
Ook de leercurve van de muggensoort is erg traag. Je zou toch denken dat je als mug, bij het zien van het slagveld op de muur, op een gegeven moment eieren voor je geld kiest en je niet meer waagt aan dat woelende vrouwmens. Nee, integendeel. Nog voor ik goed en wel terug lig, een lakentje over me heen trek en mopperend de slaap weer probeer te vatten, hoor ik, “Njiiiiiiii…”
Ik trek het laken over mijn oren en laat een been bloot. Ik denk: Kom dan! Het buffet is geopend. De MugDrive. Vreet je vol en donder op. En kies in godsnaam eens een andere toon dan die hoge Si mol. Leer verdomme een liedje. Evolueer, for Darwin’s sake.
Claudia Nieuwenhuizen